maandag 5 mei 2014

Dag 50: Thiviers - Sorges ( 20,6 km. )

Toen ik deze nacht op de camping rond 01.00 uur wakker werd om naar het toilet te gaan, wachtte me buiten een prachtige sterrenhemel. De kikkers genoten er blijkbaar ook van want zij kwaakten dat het een lieve lust was.
Deze morgen bleef mijn ontbijt beperkt tot een appel want ik zat door mijn proviand heen.
Een kleine omweg door het dorp bracht me tot bij de bakker. Een brood voor onderweg en twee chocoladekoeken die ik opat op een bank in het zonnetje. Ondertussen keek ik wat naar de inboorlingen die hun baguette gingen halen.
Amper drie kilometer verder stond  alweer een bank in het zonnetje en kon ik er niet aan weerstaan om opnieuw even halt te houden. Het was er gewoon te mooi om zomaar aan voorbij te lopen.
De rest van de dag verliep vrijwel pijnloos, met dank aan Frederic, de leverancier van mijn pillen.
Onder de middag hielden wij ( Jean Yves, Frederic en ikzelf ) een uitgebreide lunchpauze onder de schaduw van een boom. Inclusief een siesta van een half uurtje. Het gefluit van de vogeltjes werd ondersteund door het gesnurk van Jean Yves. Toen hij wakker werd vertelde hij ons dat hij had gedroomd dat hij het gezang van de vogeltjes had gehoord. Frederic en ikzelf wisten niet wat te antwoorden, zeker niet toen wij merkten dat de ogen van Jean Yves vochtig waren van zijn tranen. Een schouderklop van ons beiden was genoeg om hem onze gevoelens kenbaar te maken. Hij bedankte ons voor onze vriendschap die wij hem betoonden. We zijn ondertussen wel echte vrienden geworden. Voor zij die het verhaal hebben gemist: Jean Yves is doof sedert zijn zesde levensjaar.
Gisteren zwaaide hij naar een voorbijrijdende trein, de treinbestuurder beantwoordde zijn gebaar met een uitgebreid getoeter, wat Jean Yves uiteraard niet hoorde. Toen wij hem vertelden dat de bestuurder had geclaxoneerd was hij door het dolle heen van blijdschap, om maar te zeggen hoe het geluk soms in kleine dingen schuilt. Geluk dat wij samen met Jean Yves mochten delen. Ik kan verzekeren dat het wat doet met een mens.
De tocht op zichzelf is bijna te mooi om waar te zijn. De ontmoetingen onderweg, de mailtjes die ik krijg van mijn vrouwtje thuis, de reacties van vrienden en collegas, het telefoontje van mijn broer, het telefoontje naar mijn moeder en schoonmoeder, het is me allemaal even dierbaar. Ik hoop ooit ook nog eens iets te horen vanuit Geraardsbergen, want daar woont iemand die ik wel héél erg mis.
Slaapwel en voor morgen iedereen gezond en wel weer wakker,
vanwege the great white buffalo.